1757 Jacobus Wijbes en Antje Martens kopen op 28-10-1757 een deftig en wel te nering staand huis, staande en gelegen op de peterseliestraat of eilandje, van Pier Hessels Dijkstra, burgemeester, procuratie hebbende van Tjebbe Watzes Reen, koopman te Amsterdam, Marijke Reins Wijnia meerderjarige vrijster en haar vader Rein Wijnia, koopman en mr koperslager te Drachten, erfgenamen van wijlen haar oom en broer Fetse Watzes Reen in leven koopman en mr schoenmaker, Haring Buweritius, burgemeester als lasthebber van Doekle Piers, grootschipper te Harlingen, Saakje Piers, huisvrouw van Hendrik Jans Overzee, makelaar te Harlingen, Hinke Piers, huisvrouw van Lammert Jans mr bakker te Harlingen, Jan Jacobs Bleeker, grootschipper, Corneliske Tjeerds, weduwe van Andries Meijes, Hinke Jacobs weduwe van Geert Lieuwes, Hinke Tjeerds huisvrouw van Frans Heins trekschipper, Sjoerd Tjeerds, grootschipper allen erfgenaam van wijlen Aaltje Doekles in leven huisvrouw van Fetse Watzes Reen. Bij Abe Pieters bewoond. De eigenaar van het huis ten oosten behoud de vrijheid om koek en kaarsen voor de ramen te plaatsen. De kopers hebben de vrijheid om het kozijn op de zolder in de achtergevel te laten bestaan zolang de eigenaar van het huis en tuin ten oosten leeft. Het is de kopers niet toegestaan om in de achtergevel nieuwe ramen te maken.