1768 Heert van der Meij, mr. Bakker en Pietje Johannes Halterberg weduwe van Pieter Wllems Hoedemaker, kopen op 03-03-1768 een huis met erf, staande en gelegen op de dijkstraat, vanouds “de hond in de pot” genaamd, bij de mede verkoopster de weduwe van Hans Jetzes bewoond met het recht van nog een jaar huur tot 1 mei 1769 voor 29 cg jaarlijks, hebbende een vrije in en uitgang in de mandelige steeg ten westen met de naasteleger, belast met 3 stuivers jaarlijkse grondpacht en actien, servituten en gerechtigheden als van ouds, de losse goederen zo veel ten dage van aanvaardig in het huis behorende en daarbij gevonden zullen in de koop versmelten, aldus in koop bekomen van de diaken der gereformeerde gemeente als alimentatoren van Jan Hansen voor de ene helft en Ypkje Gerbens, weduwe van Hans Jetzes Klaver voor de wederhelft, als moeder en wettige voorstanderse over haar zoontje Jitse Hanses voor de somma van 301 cg en 7 stuivers te voldoen en betalen in baar geld en klunkende munt en geenzins met landschaps obligatien in een termijn op 12 mei 1768