1881 Lolkje Heistra weduwe van Frans Nauta
Archieven: Eigenaars
1857 Op maandag 6 april 1857 in de koornbeurs te Franeker wordt in een openbare veiling te koop aangeboden door Johannes Lammerts Meijer timmerman en winkelier wonende te Franeker en Pieter Jongerhuis koopmans bediende wonende te Franeker als hoofd der huwelijkse gemeenschap welke bestaat tussen hem en zijn huisvrouw Anna Johannes Meijer, een huis met erf staande en gelegen op het eilandje in de wijk EW 33 Kad. Nr. Sectie A 512 binnen Franeker, de koper moet binnen acht dagen na de aanvaarding betalen de kosten van advertientien, registratie en schrijven van het proces verbaal, oproepen, trommelen, billetten, zegels, de kamerhuur van de notaris en verteringen en registratie in het kadaster, de aanvaarding kan plaat hebben op 12 mei 1858 welk tot die tijd verhuurd is aan Johannes Wildering en anderen, het geveilde wordt verkocht zo goed en kwaad het is met lusten en lasten, servituten, gerechtigheden en mandeligheden daartoe en aan behorende, het eerste bod van fl. 257,50 wordt gedaan door Lucas Kuurstra mr timmerman wonende te Franeker. Op maandag 20 april 1857 in de koornbeurs te Franeker wordt het biod niet verhoogd en is de finale toewijzing aan Lucas Kuurstra, te betalen in klinkende en alhier goed gangbare munt zonder voor geld gaande papieren of effecten op 1 november 1857.
1838 Johannes Lammerts Meijer, timmerman
1821 Gerbrigje Jans Jorna en Pieter Gerrits Jongerhuis
1817 Johanna Piers Westra weduwe van wijlen Jan Bouwes wonende te Franeker verklaard op 20-12-1817 in ware eigendom verkocht en over gedragen te hebben aan Jan Willems Zeinstra kooltjer wonende te Franeker een huis met toe en aanbehoren, staande en gelegen op het eilandje in de wijk EW 33 binnen Franeker, thans bij de verkoperse en Paulus Douwes Obbema bewoond, door de verkoperse in eigendom bekomen door aankoop van Rein Baukes Kuurstra op 30 december 1816, vrij te aanvaarden op 12 mei 1818, de losse goederen zijn niet bij de koop inbegrepen, bezwaard met het massaal onderhoud van het stek tussen dit erf en het erf van de naasteleger ten noorden en voorts bezwaar en begerechtigd met lasten en gerechtigheden als van ouds, aldus verkocht en gegeven voor de somma van fl. 110,- te betalen in klinkende munt in een termijn gelijk bij het tekenen der koopbrief.
1799 Marten Betzauw, brouwer te Harlingen en Taeke Betzauw, brander
1798 Harmanus Betzauw, koopman
1790 Op 10-09-1790 volgt Verkoop van een deel van de tuin aan Georgius Coopmans
1781 Afbraak na stormschade en nieuwbouw woonhuis
1777 Jacobus Betzauw, metselaarsgezel
1731 Doutje Pieters weduwe van Wouter Jacobs
1722 Wouter Jacobs, smalschipper en Doutje Pieters